Naar verluidt is in het voorontwerp van de nieuwe programmawet voorzien dat de fiscus toegang zou krijgen tot het recent in het leven geroepen “UBO-register”. In dit register zullen de identificatiegegevens van de uiteindelijke begunstigden (in het Engels ultimate beneficial owner of UBO) van bepaalde entiteiten worden opgenomen.
Het UBO-register
De recent gewijzigde witwaswet voorziet dat bepaalde entiteiten de natuurlijke persoon die als hun uiteindelijke begunstigde wordt beschouwd moeten identificeren en diens gegevens moeten laten opnemen in het nieuw opgerichte UBO-register. De in België opgerichte vennootschappen, trusts, stichtingen en (internationale) verenigingen zonder winstoogmerk en juridische entiteiten die vergelijkbaar zijn met fiducieën of trusts worden hierbij geviseerd.
De uiteindelijke begunstigde is de natuurlijke persoon die de uiteindelijke eigenaar is van of zeggenschap heeft over de entiteit.
Bij vennootschappen wordt gebruik gemaakt van een cascadesysteem om vast te stellen wie de uiteindelijke begunstigde is. In eerste instantie wordt het aandeelhoudersbezit als criterium genomen, maar indien dit criterium geen uitsluitsel geeft, wordt gekeken wie de leiding in handen heeft.
Bij truststructuren is de groep van mogelijke UBO’s ruimer: zowel de oprichter, de trustee, de begunstigde als de persoon die de directe of indirecte eigenaar is of die via andere middelen het uiteindelijke zeggenschap over de fiducie of de trust uitoefent.
Toegang tot het UBO-register
De gegevens over de uiteindelijke begunstigde moeten worden neergelegd bij een nog op te richten dienst binnen de Algemene Administratie van de Thesaurie van de Federale Overheidsdienst Financiën. Die dienst zal instaan voor het beheer van het UBO-register en zal zorgen voor de bewaring, het beheer en de controle van de kwaliteit van de gegevens.
Bij de invoering van het UBO-register heeft de regering enkele maanden geleden nog verklaard dat de fiscus het UBO-register enkel zou kunnen raadplegen voor de doeleinden van de witwaswet, namelijk het voorkomen van witwassen van geld en de strijd tegen de financiering van terrorisme. De regering lijkt nu al terug te komen op deze verklaring. In het ontwerp van de nieuwe programmawet is naar verluidt voorzien dat de fiscus toch het recht krijgt om het UBO-register te consulteren teneinde de juiste heffing van de belasting te verzekeren.
Het is duidelijk dat de uiteindelijke begunstigden hierdoor een belangrijke mate van anonimiteit zullen verliezen.
Zowel de regeling rond de identificatie van de uiteindelijke begunstigde als de praktische modaliteiten van het UBO-register (waaronder de toegang tot dit register) moeten nog verder worden uitgewerkt. Het is op heden ook nog niet duidelijk op welke datum het UBO-register operationeel zal worden.
Zowel voor de betrokken entiteiten als voor de uiteindelijk begunstigden is het van belang om de verdere uitwerking van deze regeling van nabij op te volgen, zodat zij kunnen anticiperen op de inwerkingtreding ervan.
In sommige gevallen zal het correct meedelen van alle gegevens op zich ook al een hele opgave zijn.