Stel: u dient als erfgenaam keurig de aangifte nalatenschap in. Jaren later wordt u gecontacteerd door een buitenlandse bank die u weet te vertellen dat de overledene titularis was van enkele buitenlandse rekeningen. Hierop dient u een bijvoeglijke aangifte van nalatenschap in. Mag de fiscus u in dergelijk geval bestraffen door een belastingverhoging op te leggen?
Indieningstermijn aangifte van nalatenschap
De aangifte van nalatenschap moet worden ingediend binnen een termijn van vier maanden na het overlijden in België. Indien u nalaat de aangifte in te dienen, is een belastingverhoging verschuldigd van 20% op de berekende erfbelasting.
Bij een niet-tijdige aangifte is een belastingverhoging verschuldigd die afhangt van hoeveel te laat u de aangifte heeft ingediend. Mag de Vlaamse Belastingdienst (hierna: VLABEL) ook een belastingverhoging opleggen wanneer u via een bijvoeglijke aangifte tegoeden aangeeft waarvan u bij het verstrijken van de normale indieningstermijn geen enkele kennis had?
Relevante feiten
Vier zussen en een broer zijn de erfgenamen van hun overleden broer. Zij dienen binnen de wettelijke termijn de aangifte van nalatenschap in. De afrekening inzake successierechten wordt verzonden en tijdig betaald. Ongeveer vier jaar later ontvangt één van de erfgenamen een brief van Banque de Luxembourg waarin wordt gevraagd om contact op te nemen met de bank omdat hun broer bij hen twee rekeningen had.
Enkele maanden later dienen de erfgenamen een bijvoeglijke aangifte in voor deze buitenlandse tegoeden bij VLABEL. Samen met de bijkomende successierechten legt VLABEL een belastingverhoging van 20% op. Op een belastingtarief van toen 65%, betekent 20% natuurlijk wel 13% van het kapitaal.
Hun bezwaar wordt afgewezen waarna ze besluiten naar de rechtbank te stappen.
Rechtbank van eerste aanleg: overmacht en dus geen fout vanwege de erfgenamen
In zijn verweer argumenteert VLABEL dat er geen kwijtschelding of vermindering van de belastingverhoging werd toegekend omdat de erfgenamen niet bewezen hebben niet in fout te zijn. “Niet in fout zijn” betekent volgens VLABEL dat er sprake moet zijn van overmacht: de belastingplichtige moet aantonen dat hij alles heeft gedaan wat in zijn macht lag om aan de wettelijke verplichtingen te voldoen. VLABEL is de mening toegedaan dat de erfgenamen dit bewijs niet hebben geleverd.
De rechtbank van eerste aanleg te Gent oordeelt echter dat uit de voorliggende stukken blijkt dat de erfgenamen geen kennis hadden van het gegeven dat hun overleden broer banktegoeden had in Luxemburg. Het is op initiatief van de buitenlandse bank, die zelfs een privédetective had ingeschakeld, dat de begunstigden van deze banktegoeden werden opgespoord. Nadat de erfgenamen in kennis werden gesteld van deze banktegoeden, hebben zij zelf en spontaan een bijvoeglijke aangifte ingediend. De rechtbank is dan ook van oordeel dat de erfgenamen alle nodige stappen hebben ondernomen om een bijvoeglijke aangifte in te dienen, teneinde de bijkomende successierechten te voldoen.
Het niet-aangeven van bepaalde activa in de nalatenschap, waarvan als bewezen mag geacht worden dat de eisers daarvan het bestaan niet kenden, kan als een toestand van overmacht beschouwd worden. De rechtbank besluit dan ook tot kwijtschelding van de belastingverhoging, omdat zij van oordeel is dat de erfgenamen geen fout hebben begaan, zodat geen belastingverhoging kan worden toegepast (Rb. Gent 18 september 2019).
Onbegrijpelijk toch dat VLABEL dat niet gewoon zelf beslist.