Met een ontwerp van decreet neutraliseert de Vlaamse Regering de fiscale gevolgen van het finaal verrekenbeding. Hierdoor kan de fiscale kost van de uitwerking van dit beding zeer hoog oplopen.
Echtgenoten gehuwd onder het stelsel van scheiding van goederen behouden elk hun eigen vermogen. Ook bij de ontbinding van het stelsel is er geen enkele vorm van solidariteit tussen de echtgenoten voorzien in de wet. Toch is het soms de wens van een echtpaar dat, bij de ontbinding van het stelsel, vermogensverschuivingen plaatsvinden, voornamelijk ter bescherming van de langstlevende echtgenoot. Dit is onder andere mogelijk door middel van een finaal verrekenbeding. Het Hof van Cassatie heeft onlangs beslist dat de verrekenschuld fiscaal aftrekbaar is als passief in de nalatenschap van de eerststervende echtgenoot, waardoor deze techniek op fiscaal vlak erg gunstig is. Het ontwerp van decreet van de Vlaamse Regering zorgt echter voor een fiscale neutralisering van het finaal verrekenbeding, waardoor het fiscale prijskaartje verbonden aan deze techniek zeer hoog kan oplopen.
Het stelsel van scheiding van goederen
Echtgenoten hebben de mogelijkheid om te kiezen voor het stelsel van scheiding van goederen. Dit stelsel heeft als grote voordeel dat echtgenoten niet aansprakelijk zijn voor elkaars schulden, waardoor de ene echtgenoot gespaard blijft van het ondernemersrisico van de andere echtgenoot.
Het stelsel van scheiding van goederen heeft echter ook een keerzijde. De solidariteit tussen de echtgenoten, die een gemeenschap van aanwinsten biedt, valt in dit stelsel immers volledig weg. De echtgenoot die thuis voor het gezin heeft gezorgd, deelt niet mee in het vermogen opgebouwd door de ondernemende echtgenoot tijdens hun huwelijk. Bij echtscheiding of overlijden kan dit tot schrijnende situaties leiden.
Om de voordelen te kunnen rijmen met de nadelen, zijn er enkele correctiemechanismen ontwikkeld die aan het stelsel van scheiding van goederen kunnen worden verbonden, om zo toch enige solidariteit tussen de echtgenoten te voorzien en de minder vermogende echtgenoot te beschermen. Eén van deze correcties betreft het verrekenbeding.
Het (finaal) verrekenbeding
Het verrekenbeding kan worden gedefinieerd als een huwelijksvermogensrechtelijk beding waarbij voorzien wordt in een interne verrekening tussen de eigen vermogens van beide echtgenoten. Door dit verrekenbeding verkrijgt de ene echtgenoot een verbintenisrechtelijke vordering op het vermogen van de andere echtgenoot.
Veel voorkomend is het finaal verrekenbeding met een verrekensleutel 0-100, ook wel alsof-beding genoemd. De langstlevende echtgenoot verkrijgt hierbij, bij de ontbinding van het huwelijksvermogensstelsel ingevolge overlijden, een vordering op de nalatenschap van de eerstoverleden echtgenoot. Deze vordering heeft een waarde die overeenkomt met de waarde van de volledige nalatenschap.
Fiscale gevolgen van het finaal verrekenbeding
De langstlevende echtgenoot verkrijgt de verrekenvordering op het vermogen van de eerstoverleden echtgenoot als huwelijksvoordeel. Op het verkrijgen van deze vordering is de langstlevende echtgenoot aldus geen belasting verschuldigd.
Tot voor kort was er enige discussie omtrent de fiscale aftrekbaarheid van de verrekenschuld als passief van de nalatenschap van de eerstoverleden echtgenoot. Het Hof van Cassatie bracht duidelijkheid met het arrest van 24 maart 2017, waarin het Hof de fiscale uitwerking van een verrekenbeding volledig aanvaardt. Volgens het Hof is de verrekenschuld aftrekbaar als passief van de nalatenschap. Indien er sprake is van een alsof-beding, kan de erfbelasting op deze manier tot nul herleid worden.
De Vlaamse Regering meent nu dat een verrekenbeding een oneigenlijke ontwijking van de erfbelasting is en stelt dat de schulden waarvan sprake in een verrekenbeding niet langer aanvaard mogen worden als passief in de nalatenschap van de eerstoverleden echtgenoot. Daarom wil de regering bij decreet het principe invoeren dat de verrekenschuld niet aftrekbaar is als passief van de nalatenschap. Daartegenover wordt uitdrukkelijk bepaald dat de schuldvordering die de langstlevende echtgenoot verkrijgt, onbelast blijft. Indien dit ontwerp wordt aanvaard, heeft dit tot gevolg dat het finaal verrekenbeding niet langer fiscaal voordelig is.
Inwerkingtreding
Het ontwerp van decreet wordt normaal op 6 december aanstaande besproken in de plenaire vergadering. Volgens de memorie van toelichting zou het decreet van toepassing zijn op nalatenschappen die openvallen vanaf de datum van inwerkingtreding van het decreet. Dit heeft als gevolg dat een beding in uw huwelijkscontract, zelf al is dit beding opgenomen vóór de inwerkingtreding van het decreet, onder de nieuwe regeling zal vallen.
Het is aangewezen uw huwelijkscontract dat een finaal verrekenbeding bevat te (her)evalueren en een afweging te maken van al uw belangen teneinde onaangename verrassingen te vermijden. Tezelfdertijd kan nagedacht worden over alternatieve planningstechnieken.