2023
2023
Schenk en behoud toch de controle met een maatschap
Het is een dilemma. U wilt een schenking doen om erfbelasting te vermijden, maar u wilt niet de zeggenschap over uw goederen verliezen. Met een maatschap valt dat op te lossen: u schenkt en behoudt de controle.
Iedereen probeert erfbelasting te vermijden. Begrijpelijk, want die kan stevig oplopen, ook voor erfgenamen in rechte lijn. Kinderen en partners betalen op de eerste schijf van 50.000 euro 3 procent erfbelasting. Tussen 50.000 en 250.000 euro is dat 9 procent, en voor de bedragen boven 250.000 euro is het tarief 27 procent.
Een mogelijkheid om erfbelasting te vermijden is uw vermogen geheel of gedeeltelijk schenken terwijl u nog leeft. Laat u de schenking registreren bij een notaris, dan betaalt u 3 procent schenkbelasting. Gaat het om de schenking van onroerend goed, dan is een geregistreerde schenking trouwens de enige optie.
Roerende goederen, zoals geld of kunst, kunt u ook schenken met een handgift of een bankgift. In dat geval is geen schenkbelasting verschuldigd. Maar u moet dan nog wel minstens drie jaar blijven leven. Anders is op de schenking erfbelasting verschuldigd.
Een knelpunt voor sommigen is dat ze met een schenking de controle over hun vermogen uit handen geven. In het kader van een schenking kan wel worden afgesproken dat de schenker de zeggenschap over de activa in handen van de begunstigden legt, maar het vruchtgebruik van het geschonken goed behoudt.
Voor wie de controle over de geschonken activa nog niet meteen uit handen wil geven, bestaat de mogelijkheid de schenking in een maatschap onder te brengen. Dat is een eenvoudige administratieve constructie waarvan de schenker zichzelf als een onafzetbare statutaire zaakvoerder kan aanstellen.
Hoe richt ik een maatschap op?
Een maatschap is weinig meer dan een onderhands contract tussen de schenkende ouders en hun kinderen. U moet dus niet naar de notaris om een maatschap op te richten. Een uitzondering is als u vastgoed in de vennootschap inbrengt. De eigendomsoverdracht van onroerend goed moet altijd met een notariële akte gebeuren.
In het contract moet vermeld staan wie de partijen zijn en hoeveel elk van hen inbrengt in het vermogen van de maatschap. ‘Maar de belangrijkste bepalingen zijn die over het bestuur van de maatschap. Wie maakt deel uit van het bestuur? Wat zijn hun bevoegdheden en voor welke duur? Wie zijn eventueel de opvolgers?’, zegt advocaat Mark Delboo.
Voor elke partij moet er een volledig getekende en geparafeerde versie zijn omdat de statuten meestal niet notarieel zijn. Is dat wel het geval, dan volstaat de notariële oprichtingsakte.
Theoretisch gesproken kan iedereen het contract opmaken. Daarvoor zijn standaardteksten op het internet te vinden. ‘Toch is het aangewezen dat aan juristen over te laten’, zegt Delboo. Want vroeg of laat kunnen er spanningen in de familie ontstaan over het beheer van het vermogen van de maatschap.
Welke activa kan ik in een maatschap onderbrengen?
Alle activa komen in aanmerking. Als het gaat om roerende goederen, zoals een aandelenportefeuille, een kunstcollectie of een oldtimercollectie, dan kan dat zonder notaris. Als het gaat om onroerende goederen, dan moet u toch via de notaris passeren. De overdracht van vastgoed kan alleen met een notariële akte.
Ook een patrimoniumvennootschap kan in een maatschap worden ondergebracht. Het is een populaire manier om die te schenken zonder dat er schenkbelasting op moet worden betaald.
Als u een patrimoniumvennootschap rechtstreeks schenkt, kan dat niet belastingvrij. Omdat aandelen immaterieel zijn, kunnen ze niet via een handgift van eigenaar veranderen. Zo’n schenking moet altijd met een notariële akte gebeuren, en dat betekent dat ook schenkbelasting verschuldigd is.
Uit bepaalde rulings van de Vlaamse belastingdienst blijkt dat een constructie met een maatschap wordt toegelaten. De aandeelhouder van de patrimoniumvennootschap brengt zijn aandelen eerst in een maatschap onder. Normaal krijgt de inbrenger in ruil de deelbewijzen van de maatschap, maar die gaan in dit geval zo goed als allemaal meteen naar de kinderen. Zo worden de kinderen grotendeels eigenaar van de maatschap en dus ook van de onderliggende vennootschap. Als de schenker minstens drie jaar blijft leven, is ook geen erfbelasting verschuldigd.
‘Die methode wordt regelmatig gebruikt, maar ze heeft beperkingen’, zegt Delboo. ‘Door te werken met een onrechtstreekse schenking kan je iets minder voorwaarden koppelen aan de schenking dan met een notariële akte. Een restschenking is bijvoorbeeld niet mogelijk in het geval van een onrechtstreekse schenking.’ Bij een restschenking wordt meteen een volgende begunstigde aangeduid voor het geval de eerste begunstigde overlijdt.
Richt ik eerst de maatschap op of doe ik eerst de schenking?
Dat hangt af van uw situatie. Als er een minderjarige bij betrokken is, gaat de voorkeur ernaar uit eerst de maatschap op te richten en dan de aandelen in de maatschap te schenken. Als de minderjarige eerst de goederen geschonken krijgt, zal hij die moeten inbrengen in de maatschap. En daarvoor is een machtiging van de vrederechter nodig.
Met meerderjarigen vindt Delboo het interessanter eerst te schenken en pas daarna de inbreng in de maatschap te doen. ‘De kinderen hebben het recht na de schenking de inbreng te weigeren. Als ze dus wel inbrengen, doen ze dat volledig vrijwillig’, verduidelijkt hij. ‘Zo is het duidelijk dat het echt om een schenking gaat en dat de kinderen geen controlestructuur opgedrongen krijgen.’
Er zijn nog gevallen waarin het interessanter is eerst te schenken en daarna een maatschap op te richten. ‘Bijvoorbeeld voor wie roerende goederen wil schenken via een handgift of een bankgift om én schenkbelasting én aktekosten uit te sparen', zegt Delboo. 'De aandelen van een maatschap staan op naam en kunnen daarom alleen via de notaris geschonken worden. Wie niet langs de notaris wil gaan, doet dus beter eerst een handgift of bankgift. Pas daarna gebeurt de oprichting van de maatschap en wordt het geschonken vermogen ingebracht in ruil voor aandelen op naam in de maatschap.’
Welke administratieve verplichtingen zijn verbonden aan een maatschap?
Op grond van de nieuwe vennootschapswetgeving wordt een maatschap voortaan als een onderneming gezien. Daarom moet een maatschap zich bij de Kruispuntbank voor Ondernemingen (KBO) inschrijven voor ze met de activiteiten kan beginnen. De KBO is een databank van de federale overheidsdienst Economie die alle basisgegevens van ondernemingen beheert. Ook bestaande maatschappen moeten zich bij de KBO aanmelden.
De uiteindelijke begunstigden van de maatschap moeten ook worden gerapporteerd aan het UBO-register. UBO is de afkorting van Ultimate Beneficial Owner. Het register werd in het leven geroepen om te kunnen optreden tegen fiscale fraude, witwassen en de financiering van terrorisme.
Maatschappen zijn nu ook verplicht een boekhouding te voeren. Als de omzet van de maatschap onder 500.000 euro blijft, volstaat een vereenvoudigde boekhouding met een aankoopboek, een verkoopboek, een financieel dagboek en een inventaris van de goederen. Heeft de maatschap een grotere omzet, dan is een dubbele boekhouding vereist.
Bron: Schenk en behoud toch de controle met een maatschap, Dirk Selleslagh, De Tijd, 12 mei 2023, www.tijd.be/dossiers/estate-planning/schenk-en-behoud-toch-de-controle-met-een-maatschap/10465374.html
2021
2021
Zes vragen die u moet stellen voordat u schenkt
Overweegt u een deel van uw vermogen weg te schenken? De waarschuwingen kunnen worden samengevat in drie spreekwoorden: ‘Bezint eer ge begint’, ‘Kleed u niet uit voor het slapengaan’ en ‘Gegeven is gegeven’. De reden? Wie schenkt, verarmt zich.
Moet ik tijdens mijn leven al een deel van mijn vermogen wegschenken? ‘Wie een schenking overweegt, denkt vaak in de eerste plaats aan de erfbelasting. Maar de fiscaliteit en de technische uitwerking mogen niet het vertrekpunt zijn, wel het eindpunt. Aan de schenking moet een heel proces voorafgaan waarin wordt nagedacht over alle aspecten van de schenking’, zegt Jo Stremersch, financieel planner bij Stremersch, Van Broekhoven & Partners.
Het fiscale motief is een gevolg van de lagere tarieven voor de schenkbelasting in vergelijking met de erfbelasting. ‘Het fiscale voordeel wordt vaak overschat. Voor bijvoorbeeld twee ouders met drie kinderen en een gezinswoning als voornaamste bezit zal een schenking weinig of geen belastingbesparing opleveren’, zegt Joni Soutaer, notaris en woordvoerder van notaris.be. Welke vragen moet u stellen voordat u schenkt.
1. Kan ik schenken?
Voor schenkingen – met uitzondering van die aan de huwelijkspartner – geldt het gezegde ‘gegeven is gegeven’. Als u iets wegschenkt, verdwijnt het uit uw vermogen en kunt u het slechts in uitzonderlijke gevallen terugvragen. Het moet dus gaan om bezittingen die u echt kunt missen. Het kan niet de bedoeling zijn dat u aan het einde van uw leven financieel moet inbinden omdat u te veel hebt weggeschonken. ‘De financiële crisis heeft pijnlijk aangetoond dat sommige mensen te veel op te jonge leeftijd hebben geschonken. Ze hadden geschonken met voorbehoud van vruchtgebruik, waardoor ze de inkomsten van de geschonken gelden kunnen opstrijken. Ze rekenden op een jaarlijks rendement van 4 procent, maar de dalende rente was een streep door de rekening’, zegt Mark Delboo van het gelijknamige advocatenkantoor.
De eerste vraag moet altijd zijn of u überhaupt kunt schenken. ‘Je moet uitrekenen hoeveel kapitaal je zelf nog tijdens je leven nodig zult hebben. Hoeveel moet je voor jezelf aan de kant zetten? Een zestigjarige zal veel meer kapitaal moeten hebben dan een tachtigjarige’, zegt Stremersch.
Daarbij spelen enkele onzekerheden. ‘Als je schenkt op je 55ste, kun je nog 40 jaar leven. In die tijd kan er heel veel gebeuren. Ik vraag mijn klanten om eens
40 jaar terug te kijken’, zegt Delboo. ‘Probeer je levensduur realistisch in te schatten en bouw ook nog marge in.’ Vaak wordt er gebudgetteerd tot een leeftijd van 100 jaar.
Belangrijk is dat de inkomens en uitgaven goed worden ingeschat. ‘Gemiddeld genomen doen zestigers en zeventigers het meeste geld op. Ze hebben nog een actieve levensstijl. Hoe ouder je wordt, hoe minder je uitgeeft. Mensen van hoge leeftijd gaan niet meer op reis, kopen geen grote nieuwe auto meer… Al kan op latere leeftijd de prijs van de verzorging oplopen’, zegt Delboo. ‘Wees ook realistisch over de mogelijke beleggingsopbrengsten. Een paar jaar geleden was een vaste rentevoet van 4 procent nog realistisch, maar vandaag zijn de rentes historisch laag. Als je niet kunt rekenen op beleggingsinkomsten heb je een groot vestigingskapitaal nodig.’
Ook de omvang van het vermogen maakt een groot verschil. ‘Aan een schenking kun je een facultatieve last koppelen. Daarin kan de schenker bepalen dat de begiftigde bijvoorbeeld een rente van 3 procent moet betalen als de schenker dat nodig acht. Hoe groter het vermogen, hoe hoger het inkomen zal zijn. Een last van 3 procent op 1 miljoen euro is 30.000 euro, op 10 miljoen euro is dat 300.000 euro’, zegt Delboo. ‘Als je een last oplegt, moet je erop letten dat het wel degelijk een schenking blijft. Als iemand van 50 jaar schenkt met een last van 8 procent is dat geen schenking. Een facultatieve last mag maximaal over 50 procent van het geschonken bedrag gaan.’
2. Wil ik schenken?
Dat u de financiële mogelijkheden hebt om te schenken, betekent niet automatisch dat u het wilt doen. ‘Aan een schenking is ook een belangrijke psychologische component gekoppeld. Ben je bereid om de controle en de zeggenschap over je vermogen af te staan? Of wil je een zakelijk recht behouden? Je kunt lasten opleggen en tot op bepaalde hoogte de controle behouden, maar wil je dat wel?’, zegt Stremersch. ‘Als je met een schenking de kinderen wilt helpen om bijvoorbeeld een huis te kopen, dan kun je ook een lening overwegen. In tegenstelling tot een bank hoeven ouders geen onderpand en kunnen ze een lager intresttarief hanteren. Communiceer open met alle kinderen en creëer een kader met leningsvoorwaarden.’
Om de controle over een schenking te behouden, werd in het verleden vaak gewerkt met een maatschap. Daarbij wordt het vermogen dat u naar de volgende generatie wilt overbrengen ondergebracht in een vennootschap. In ruil voor de inbreng krijgen de vennoten aandelen van de maatschap. ‘Door de recente wetswijziging is een maatschap veel minder in trek. Er is een verplichte inschrijving in het UBO-register met de begunstigden en de Kruispuntbank van Ondernemingen KBO. Bovendien moet je verplicht een boekhouding voeren. Daardoor is een maatschap veranderd van een discreet vehikel zonder administratie naar een juridisch platform dat gepubliceerd moet worden en administratieve verplichtingen vergt’, zegt Delboo. ‘Steeds vaker wordt gekozen voor een beheersvolmacht.’ Zoals de naam aangeeft, wordt daarbij een volmacht gegeven om een goed te beheren. Die beheersvolmacht kan, maar hoeft niet bij een notaris te worden opgesteld. De jaarlijkse opvolging is niet meer dan een A4’tje en blijft beperkt tot de begin- en de eindstand.
Wie nadenkt of hij wil schenken, moet zich er uiteraard van bewust zijn dat ‘gegeven is gegeven’. ‘In de praktijk zien we vaak mensen die een schenking willen terugdraaien als het contact verwatert of als een begiftigde nooit meer op bezoek komt. Maar dat kan nooit een reden zijn om een schenking te herroepen’, zegt Soutaer. ‘Aan een schenking kunnen wel voorwaarden gekoppeld worden, zodat de schenking herroepbaar is bij ondankbaarheid.’
De wet somt op wat er onder ‘ondankbaarheid’ valt. Het moet gaan om een aanslag op het leven van de schenker, een begiftigde die zich schuldig maakt aan misdrijven of grove beledigingen tegenover de schenker of een weigering om een schenker in financiële nood levensonderhoud te verschaffen. ‘Een ontbinding om die reden moet voor de rechtbank worden aangevraagd. Probleem is dat grove beledigingen soms moeilijk te bewijzen zijn’, zegt Soutaer. ‘Velen beseffen ook niet dat als ze schenken met voorbehoud van vruchtgebruik, ze niet langer zonder toestemming kunnen verkopen. En ze vergeten vaak dat de verkoopopbrengst hun niet meer volledig toekomt.’
3. Aan wie zal ik schenken?
Een klassieker zijn ouders die aan hun kinderen schenken. ‘De vraag is of je bij een deel van je vermogen je kinderen wilt betrekken. Hebben ze wel de nodige ervaring om dat geld te beheren of moet er nog bijgeleerd worden? En kun je je vinden in hun beleggingsvisie? De jongere generatie zal misschien willen beleggen in cryptomunten, terwijl je dat zelf niet wilt. Je moet er ook over waken dat een schenking geen bron van discussie wordt, je moet er met je kinderen over kunnen praten’, zegt Stremersch. ‘Ook andere familiale gevoeligheden kunnen opspelen. Zeventig- en tachtigjarigen willen doorgaans dat hun vermogen in de familie blijft, maar dat valt niet altijd in goede aarde bij de schoonkinderen.’
Notaris Soutaer krijgt soms de vraag om te schenken aan jonge kinderen of kleinkinderen. ‘Ik raad aan om daar bijzonder voorzichtig mee te zijn: niemand kan de toekomst voorspellen. Je kunt wel een ontbindende voorwaarde opnemen voor het geval de jongere op het slechte pad raakt.’
Daarbij wordt bepaald dat de schenking ongedaan wordt gemaakt als de begiftigde drugs-, alcohol- of gokverslaafd raakt, in een sekte treedt of een strafrechtelijk misdrijf pleegt, met uitzondering van een verkeersdelict. ‘Maar dat vangnet is niet altijd waterdicht, je moet het bewijs kunnen leveren’, zegt Soutaer.
De grootste belastingbesparing kunt u realiseren met een schenking aan verre familieleden of vrienden. Bij een erfenis tussen andere personen dan de (klein)kinderen, broers en zussen wordt de erfbelasting niet berekend per erfgenaam, maar op het totaal. Doordat de tarieven stijgen met het vermogen, loopt ook de belastingfactuur op. De schenkbelasting wordt daarentegen wel per begiftigde berekend. ‘Als mensen schenken aan bijvoorbeeld een neef of nicht, gaan ze daar ofwel heel lang mee wachten – bijna letterlijk tot de laatste dag – ofwel betonneren ze de schenking met een grote vorm van inkomsten’, zegt Delboo.
4. Wat wil ik schenken?
‘Een cadeau is maar beter positief, het mag geen vergiftigd geschenk zijn. Je moet je miserie niet doorschenken’, merkt Stremersch op. ‘Veel jonge kinderen krijgen Lego van de sint, maar zijn geen bouwheren. Op latere leeftijd is dat niet anders: de volgende generatie wil wel het rendement van een huis, maar niet de lasten.’ Neem bijvoorbeeld een appartement dat al 25 jaar in de familie zit en volledig afgeleefd is. Het vraagt veel kosten, en de huur levert een rendement op van amper 1 procent. Is het nog de moeite waard om dat appartement te schenken? Kun je het niet beter verkopen en de verkoopopbrengst schenken? ‘Dezelfde redenering kun je voor familiebedrijven maken. Niet elk kind is geschikt of wil in het familiebedrijf stappen. Vaak durft het begiftigde kind geen neen te zeggen, al zou het dat beter doen’, zegt Stremersch.
Delboo wijst er ook op dat u goed moet nadenken voordat u de gezinswoning wegschenkt: ‘Weet dat de langstlevende echtgenoot geen erfbelasting betaalt op de gezinswoning. Bovendien is er bij de kinderen doorgaans weinig appetijt om er te gaan wonen. Als de ouder naar het rusthuis gaat, is het misschien een betere optie om de gezinswoning te verkopen en de opbrengst te schenken.’
5. Wanneer schenk ik?
Een schenking doen van roerende goederen, zoals geld, beleggingen en kunst, kan snel. ‘Voor roerende schenkingen kun je zeer lang wachten. Het volstaat dat de schenking geregistreerd is voor het overlijden en kan dus tot op het sterfbed’, zegt Stremersch. ‘Vastgoed schenken daarentegen is een stuk omslachtiger en vraagt opzoekingswerk. Daar gaat gemakkelijk een paar maanden over.’
Ook de fiscaliteit is een argument om tijdig vastgoed te schenken. ‘Wie meerdere keren aan eenzelfde begunstigde vastgoed wil schenken, kan maar beter drie jaar tussen de schenkingen laten’, zegt Soutaer. Dat heeft te maken met het opduweffect in de schenkbelasting, in het vakjargon het ‘progressievoorbehoud’. De tarieven van de schenkbelasting stijgen met de waarde van de schenking. Bij de berekening van de schenkbelasting houdt de fiscus niet alleen rekening met de waarde van de huidige schenking, maar ook met die van eerdere schenkingen in de afgelopen drie jaar.
6. Kunnen er neveneffecten zijn?
Ja, die kunnen er zijn, zowel voor de schenker als voor de begiftigde. ‘Door een schenking kun je bepaalde premies of tegemoetkomingen verliezen of mislopen. Dat is bijvoorbeeld mogelijk voor de inkomensgarantie voor ouderen of het zorgbudget voor een ouder met zorgnood. Vraag dat altijd na bij de betrokken diensten’, zegt Soutaer. Het zorgbudget voor ouderen met zorgnood is een zorgbudget voor 65-plussers met een beperkt inkomen en gezondheidsproblemen. Bij de beoordeling van dat inkomen wordt rekening gehouden met de verkoop of schenking van eigendommen. De inkomensgarantie voor ouderen (IGO) is een uitkering voor 65-plussers die niet over voldoende financiële middelen beschikken. Daarbij wordt ook gekeken naar de waarde van goederen die minder dan tien jaar geleden werden weggeschonken.
De begiftigden moeten waakzaam zijn als ze voor hun huis of appartement de tijdelijke btw-verlaging voor sloop-en-heropbouw genoten. ‘Het belastingvoordeel is er alleen voor wie geen andere woning heeft’, zegt Soutaer. ‘Die voorwaarde moet vijf jaar vervuld blijven. Wie in die periode een woning geschonken krijgt, moet het genoten belastingvoordeel voor het jaar van de wijziging en de resterende jaren van de vijfjarige periode terugbetalen.’
Bron: Zes vragen die u moet stellen voordat u schenkt, Petra De Rouck, De Tijd Erfenisgids, Netto, nr. 5, pag. 46-51. (https://www.tijd.be/netto/analyse/erven-en-schenken/zes-vragen-die-u-moet-stellen-voordat-u-schenkt/10330237)